Je hebt een blouse gekocht en bent vergeten om de administratie eruit te knippen. Die leuke borrel wordt vervolgens compleet gedomineerd door je mooie blouse. Niet omdat je er zoveel complimentjes voor krijgt, maar hij valt wel op. Of beter gezegd: jij valt wel op. Vanwege het continu krabben ter hoogte van het pakket labels in de zij-naad, die laten weten dat er hard aan dit kledingstuk is gewerkt. Vermoedelijk door kinderen in een ver land. Die al die etiketten erin moesten naaien. Waarom? Geen idee, doorgaans zijn ze nog totaal onleesbaar ook. Net als je je voorneemt nu eens echt voor duurzaam gemaakte kleren te gaan, kun je de meelevende blikken van je gespreksgenoten niet meer negeren. Zij vragen zich natuurlijk af of je last hebt van vlooien dan wel van een hardnekkig eczeem – maar zeggen heel beleefd niets.
Eén voordeel heeft het wel: je staat voor de keuze zoveel drank tot je te nemen dat je überhaupt niets meer voelt, of je gaat maar voortijds naar huis.

Lekker op tijd ben je dus thuis, en omdat je de borrelhappen die pas later geserveerd zouden worden hebt gemist, knort je maag alle kanten op. Aangezien je ervan uit was gegaan niet meer te hoeven eten na de meestal enorme hoeveelheid aan heerlijks, heb je ook niets in huis gehaald. Maar geen nood: er staat vast wel proviand ergens in de kast.
Ja hoor, kapucijners.
Ai, je snijdt je wijsvinger aan het scherpe stukje metaal waarmee je het blikje moet opentrekken. En dat lipje breekt af. Gauw naar boven voor een pleister, want dat bloeden is niet 1-2-3 gestopt. Voortaan maar weer kapucijners in een glazen pot met draaideksel, is nog goedkoper ook, besluit je op weg terug naar beneden. In de keuken ga je op zoek naar een blikopener, die natuurlijk onvindbaar is. Heb je eigenlijk nog wel zo’n ding?

Oh wacht, in de ijskast liggen een courgette en een paprika, want van de week heel verantwoord biologisch in de supermarkt gekocht. Voor je weet maar nooit. Voor nu dus! Waarom zitten die groenten eigenlijk in plastic, hoezo biologisch?, vraag je je af wanneer je het open probeert te scheuren. Tevergeefs, dus doe je het met je tanden, wat een snee in je tong oplevert. Au! Maar goed, de courgette is bevrijd. Nu de paprika nog. Met een mesje dan, voorzichtig want één pleister is genoeg.
Mooi! Ei erbij, nog even olijfolie pakken om een gezond groenten-roerei te bakken. Nieuwe fles, dus de plastic dop zit goed vast. Logisch. Dan blijkt ook daar nog een plastic lipje verwijderd te moeten worden. Waarom? Die fles was toch hermetisch gesloten door de dop?

Genietend van het roerei op je boterham, die je ook weer uit plastic tevoorschijn moest toveren, waarom wordt brood eigenlijk niet gewoon in een papieren zak verpakt vroeg je je nog af, bedenk je dat het de hoogste tijd is om je niets meer af te vragen.
Morgen weer een duurzame dag.